» Nieuw: labels voor eerlijke natuurfotografie
» Doe de zelftest: wat voor natuurfotograaf ben jij?

Illustratie: Daphne & Silke Kuilman


Meer artikelen uit ons Blog:

Reizen & Workshops:
Rode oortjes bij Z-Afrikaanse bloem


Techniek:
Zoet, zacht en zuiver; de kracht van High-Key


Actueel:
Onze favoriete foto's van 2018


Hoe is deze foto gemaakt:
Barts' winnende kikkervisjesfoto


Opinie:
Doorbreek je glazen plafond!


Abonneer u op updates..

Op zoek naar Homo naturaphotographiens

Er is een nieuwe mensensoort, de Homo naturaphotographiens, beter bekend als ‘de natuurfotograaf’. Maar hoe ziet deze eruit? Dat vroegen Daphne en Silke Kuilman online aan een groot aantal mensen. Na een aantal reacties konden ze hem zo uittekenen (zie illustratie). ’Mannen van middelbare leeftijd in een relatie, die fotograferen uit verveling, en met zo’n hesje rondlopen met veel zakjes’. Maar klopt dit beeld wel? Dat ging het tweetal op 24 augustus eens uitvogelen op de Dutch Bird Fair in de Oostvaardersplassen.

 Geen witte baarden

Wie is de natuurfotograaf en hoe is hij aan het fotograferen geraakt? Albert en Giel zitten aan tafel een broodje te eten, als wij plaats nemen naast hen. Ze zien er jonger uit dan verwacht en hebben ook geen witte baarden of legergroene jassen. Het is de cameratas naast hun voeten die doet vermoeden dat ze natuurfotografen zijn. De twee blijken zwagers van elkaar. Hun vrouwen, twee zussen, hebben toevallig allebei een natuurliefhebber aan de haak geslagen. Albert vertelt dat hij eigenlijk meer een spotter is dan een fotograaf. Hij fotografeert wel, maar hij doet niet alles voor de goede foto. “Ik loop liever rond dan dat ik sta te wachten. Echte natuurfotografen zijn geduldiger. Het gaat hen erom de natuur zo mooi mogelijk vast te leggen.” Giel beaamt dit, voor hem gaat het vooral om het esthetische beeld. “Voor mij begon het met een foto van een vogel in de achtertuin. Eigenlijk was ik altijd al geboeid door natuur, maar op vakanties werd ik steeds fanatieker met fotograferen.” Voor Albert begon het ook al op jonge leeftijd. “Mijn oom nam mij een keer mee, en sindsdien ben ik verslaafd!” Ze stralen wanneer ze er over vertellen.

 Vooroordeel

Tot nu toe klopt het vooroordeel nog niet. Deze mannen begonnen niet aan fotografie uit verveling. We gaan op zoek naar iemand die meer lijkt op onze illustratie. We vinden Ap: 68 jaar, witte baard, gewapend met statief en camera en gekleed in ‘zo’n groen vest met heel veel zakjes’. Hij blijkt tot tien jaar geleden een professional te zijn geweest en had een groot deel van zijn carrière gefotografeerd voor biologieboeken. We vragen hem hoe het is begonnen. “Ik ben er mee geboren. Je kon geen dier bedenken of ik had er stond wel een boek over in de kast staan. Ik heb natuur altijd interessant gevonden.” Ook voor deze man hangt de fotografie samen met een liefde voor natuur. We spreken nog een handvol andere fotografen. Bastiaan (36 jaar) kocht zijn eerste camera van zijn krantenwijkje als tiener, hij is vooral gefascineerd door “de adelaar”. Tom (11 jaar oud) is nog op ontdekkingstocht, en begon vorig jaar toen hij met de kerst een camera kreeg. Rinus (57 jaar) doet het vanwege de rust. “Het was altijd al een hobby, maar sinds mijn dochter het ook leuk vindt, gaan we vaak samen. Gezellig, vanuit de auto spotten met muziek of studio sport op. En als we iets zien, dan gaan we er achteraan.”

 Ook vrouwen

Het valt ons op dat de dochter van Rinus, Rowana, een van de weinige vrouwen was die wij met een camera-rugtas zien rondlopen. Bovendien is ze jong, 26 jaar. Daar willen wij meer van weten! Is het uniek dat zij als vrouw de natuur fotografeert? “Er zijn zeker meer mannen dan vrouwen. Laatst hebben mijn vader en ik een fotoreis naar Gambia gemaakt. Van totaal acht mensen was er nog één andere vrouw, en zij was van een oudere generatie. Maar de vrouwen zijn er wel! Soms kom ik ook jonge vrouwen tegen in de natuur in Zeeland, waar we wonen.” Rowana begon al op jonge leeftijd met fotograferen. “Als kind stal ik altijd de camera van mijn vader, dat was nog een analoge. Toen ik ouder was heb ik zelf een spiegelreflex gekocht. Sindsdien hebben mijn vader en ik een wedstrijdje wie de beste apparatuur heeft.” Vader en dochter moeten lachen, en praten gepassioneerd verder over wat ze allemaal hebben gefotografeerd. “Het gaat om het vastleggen van een beleving. Foto's van andere fotografen zijn ook mooi, maar bij je eigen foto voel je de beleving van dat moment. Soms word ik bijna emotioneel als ik een foto terug zie.'

 Camouflagepak

Wat doet de natuurfotograaf allemaal voor een goede foto? Schaf je er bepaalde kleding voor aan? Volgens Bastiaan heeft het “zeker weten” effect om speciale kleding te dragen. “Ik heb wel zo’n camouflagepakkie aangeschaft. Het scheelt wel, hoewel er denk ik weinig verschil zit tussen legerkleding en zwarte kleding.”  Bastiaan gaat de laatste jaren wat minder op pad, omdat hij nu een zoontje heeft. Als hij te lang weg is, voelt hij zich bezwaard tegenover zijn gezin. Wij zijn benieuwd wat zijn vrouw van zijn outfit vindt. Wanneer we het hem vragen begint Bastiaan heel hard te lachen: “Ze vindt het verschrikkelijk, haha! Ze zegt: 'Dat trek je maar aan als je in het bos bent.' Maar mijn relatie lijdt er niet onder hoor. Zolang ik mijn pak maar buitenshuis aantrek, gaat het goed.” Bij Ap is de kleding onderdeel van zijn dagelijkse look. Het bekende fotografen-hesje blijkt heel handig te zijn. “In deze zakken kun je je camera doen, zonder bescherming, er zit namelijk al bescherming in de zakken. Zo blijft je camera mooi, als je hem heel even weg wilt stoppen.” We observeren elke kant van het hesje en ontdekken ook achterop, op de onderrug, een breed vak. Dit lijkt ons geen handige plek, totdat Ap het aan ons uitlegt. “Er zit een waterdichte flap in die je er uit kunt trekken. Zo kun je op bijvoorbeeld een natte boomstam zitten tijdens het fotograferen.” Wij vinden het een geniaal idee, logisch dat de natuurfotograaf zo’n hesje draagt. Toch wil niet iedereen er aan, Albert vind het geen stijl. “Legeridioten. Het zal vast wel een beetje helpen, maar als je beweegt dan schrikken de dieren toch weg. Ik begin er niet aan. Dan zie ik maar een vogeltje minder; ik ga niet voor aap lopen.”

 ‘Biertje erbij’

Giel en Albert gaan eens in de twee jaar samen op fotoreis. Ze vinden dat gezellig, hoewel ze dan soms wel op elkaar moet wachten. “De perfecte foto-buddy moet het geduld hebben om je vrij te laten.” Giel ging vroeger ook nog elke week alleen op pad, maar daar heeft hij nu minder tijd voor. “Ik heb nu kinderen, dus ik kan minder snel weg. Ik ben sindsdien vaker in de tuin gaan fotograferen. Lampje aan, biertje erbij en dan bijvoorbeeld nachtvlinders vastleggen.” Van de andere fotografen gaat de een graag alleen en de ander graag samen. Bastiaan is meestal alleen op pad. “Ik ben liever niet afhankelijk van anderen. Lekker een paar uur mijn rust pakken.” Maar Rinus en Rowana gaan graag mee op groepsreizen, soms samen en soms los van elkaar. De mooiste reis van Rowana was naar Antarctica: “Er was toen een zeeluipaard die in pinguïn opat. De Amerikanen op de boot vonden de zeeluipaard ineens niet meer zo schattig. Maar ik vond het zo gaaf! Een heel bijzonder moment om vast te leggen.” De meerderheid van de fotograferen die wij spreken, heeft Antarctica op zijn verlanglijstje staan. Bastiaan wil echter graag naar Afrika om de big five te fotograferen en Giel wil naar Zuid-Amerika. Maar nog liever wil hij de lepelbekstrandloper uit Rusland fotograferen, die overwintert in Thailand. De namen van bijzondere diersoorten vliegen ons om de oren.

 Verzamelen

Ap vertelt dat het voor veel fotografen om het verzamelen gaat. “Het grootste deel van de fotografen, ongeveer 95%, wil graag zoveel mogelijk diersoorten verzamelen.” Wij zijn benieuwd wat hem onderscheid van de meeste fotograferen. “Ik vind het zelf leuk om echt series te maken. Ik ben bijvoorbeeld bezig met een serie albino-dieren, en een serie met portretten van de gezichten van insecten. Maar ik creëer ook mijn eigen landschappen op de computer.”

 Heftig verhaal

Dat laatste wekt onze nieuwsgierigheid. Wanneer wij ernaar vragen, volgt er een heftig verhaal. “Tien jaar geleden, na het maken van een fotoreis met de boot, ben ik getroffen door een bliksem. Ik stond de boot af te dekken omdat het begon te regenen, toen de bliksem insloeg in het water. Het schoot in een rechte lijn op mij af en sloeg in mijn hand, waarna ik bewusteloos raakte. Sindsdien ben ik periodiek blind.” Ap ziet al tien jaar lang twee tot drie weken wèl, gevolgd door periodes van ongeveer een week waarin hij blind is. Het blijkt een medisch raadsel te zijn, waar Ap mee heeft leren leven. “Ik kan alleen geen fotoklussen aannemen en elke keer als ik weer kan zien is alles heel intens. Op de momenten dat ik blind ben, heb ik visioenen van landschappen. Die teken ik uit en dan maak ik ze na op de computer, op het moment dat ik weer kan zien.”

Het beeldarchief

Wat gebeurt er eigenlijk met alle foto’s die gemaakt worden? Ap lacht dat hij nog ruim drieduizend dia’s moet inscannen. Soms zet hij een serie op dvd met geluid erbij, en bekijkt hij het thuis op de bank. Bastiaan deelt foto’s waar hij trots op is via Flickr. En Giel publiceert foto’s op de website waarneming.nl, zodat andere fotografen weten waar ze de dieren kunnen opsporen. Rinus heeft een door Rowana gemaakte foto laten uitvergroten voor boven de bank, en ze laten na de vakantie weleens een fotoalbum drukken. “Het is een hobby, en ik zou er niet mijn werk van willen maken,” vertelt Rowana. “De meeste foto’s blijven op de computer staan.”

 Droomwensen

Voordat we de Dutch Bird Fair verlaten hebben we nog een paar brandende vragen over voorkeuren en verlangens, zoals of de natuurliefhebbers vegetariër zijn. Albert en Giel roepen in koor: “Nee hoor, doe mij maar een barbecue met een lekker stukje vlees!” We vragen ook welk uitgestorven ze graag hadden willen fotograferen. Voor Bastiaan is dat de microraptor. “Dat is de vliegende dinosauriër.” Rinus en Rowana hadden graag de sabeltandtijger gefotografeerd. Als laatste vragen wij nog op welke nieuwe uitvinding ze zitten te wachten. Albert wil graag een betere lens, die niet zo zwaar is. Ap wil een op afstand bestuurbare helikopter met een camera er onder. 'Deze bestaan al', benadrukt hij, 'maar ik wil graag dat er goedkopere uitkomen.' Bastiaan zou graag direct met zijn ogen kunnen fotograferen. ”Soms zie ik fantastische roofvogels op verkeersborden onderweg. Zoals op de heenweg hiernaartoe! Dan wil ik het liefste mijn auto op de vluchtstrook zetten, maar voor je het weet zijn ze alweer weg.”

 Conclusie

We komen tot de conclusie dat de Homo naturaphotographiens een veelzijdig mens is. Als we hen vragen wat ze andere mensen-soorten willen meegeven, zijn ze het echter roerend met elkaar eens: “Laat de natuur de natuur en zorg dat het fotograferen geen obsessie wordt!”

 

Daphne & Silke Kuilman




Oudere artikelen 'Een frisse kijk':

Een frisse kijk:
Fotografeer niet wat je ziet, maar wat je voelt


Een frisse kijk:
De eeuwige fotojacht


Een frisse kijk:
Kruip in de huid van...


Een frisse kijk:
De vos als klassieke filmster


Een frisse kijk:
Beeldrijm


Een frisse kijk:
Natuurfotografie, waar gaat het heen?


Een frisse kijk:
Bart Siebelink wint met twee foto's in GDT


Een frisse kijk:
Persoonlijk leertraject: Wat kun je ermee?


Een frisse kijk:
Wist u dat...


Een frisse kijk:
Echte dames, allemaal


Een frisse kijk:
Troetelvosjes of kippendieven in de dop?


Een frisse kijk:
Waar zijn de stippen gebleven?


Een frisse kijk:
Spiegel-reflex


Een frisse kijk:
Onthullen met de camera


Een frisse kijk:
Conceptuele technieken, wat zijn dat?


Een frisse kijk:
Kritische kijk op BBC Wildlife-Phtographer-expo


Een frisse kijk:
Natuurfotograaf: een droomberoep?
©entrum voor natuurfotografie